القمر

 

Al-Qamar

 

The Moon

1 - Al-Qamar (The Moon) - 001

ٱقۡتَرَبَتِ ٱلسَّاعَةُ وَٱنشَقَّ ٱلۡقَمَرُ
Het uur is nabij gekomen en de maan is gespleten.

2 - Al-Qamar (The Moon) - 002

وَإِن يَرَوۡاْ ءَايَةٗ يُعۡرِضُواْ وَيَقُولُواْ سِحۡرٞ مُّسۡتَمِرّٞ
En als zij een teken zien, keren zij zich af en zeggen: “Dit is krachtige magie.”

3 - Al-Qamar (The Moon) - 003

وَكَذَّبُواْ وَٱتَّبَعُوٓاْ أَهۡوَآءَهُمۡۚ وَكُلُّ أَمۡرٖ مُّسۡتَقِرّٞ
Zij verloochenden, en volgden hun eigen lusten. En elke zaak heeft zijn bestemming.

4 - Al-Qamar (The Moon) - 004

وَلَقَدۡ جَآءَهُم مِّنَ ٱلۡأَنۢبَآءِ مَا فِيهِ مُزۡدَجَرٌ
En voorwaar er is tot hen nieuws gekomen waarin zich een duidelijke waarschuwing bevindt.

5 - Al-Qamar (The Moon) - 005

حِكۡمَةُۢ بَٰلِغَةٞۖ فَمَا تُغۡنِ ٱلنُّذُرُ
Perfecte wijsheid maar hebben de waarschuwers voor hen wel nut?

6 - Al-Qamar (The Moon) - 006

فَتَوَلَّ عَنۡهُمۡۘ يَوۡمَ يَدۡعُ ٱلدَّاعِ إِلَىٰ شَيۡءٖ نُّكُرٍ
Trek je daarom van hen terug. De dag dat de oproeper (hen) zal roepen is een vreselijk iets.

7 - Al-Qamar (The Moon) - 007

خُشَّعًا أَبۡصَٰرُهُمۡ يَخۡرُجُونَ مِنَ ٱلۡأَجۡدَاثِ كَأَنَّهُمۡ جَرَادٞ مُّنتَشِرٞ
Zij zullen met nederige blik uit (hun) graven voortkomen alsof zij sprinkhanen zijn die zich verspreiden.

8 - Al-Qamar (The Moon) - 008

مُّهۡطِعِينَ إِلَى ٱلدَّاعِۖ يَقُولُ ٱلۡكَٰفِرُونَ هَٰذَا يَوۡمٌ عَسِرٞ
Zich tot de oproeper haastend (uit angst)! De ongelovigen zullen zeggen: “Dit is een moeilijke dag.”

9 - Al-Qamar (The Moon) - 009

۞كَذَّبَتۡ قَبۡلَهُمۡ قَوۡمُ نُوحٖ فَكَذَّبُواْ عَبۡدَنَا وَقَالُواْ مَجۡنُونٞ وَٱزۡدُجِرَ
Het volk van Noeh ontkende vóór hen, zij verwierpen Onze dienaar en zeiden: “Een dwaas!” En hij werd beledigend uitgescholden.

10 - Al-Qamar (The Moon) - 010

فَدَعَا رَبَّهُۥٓ أَنِّي مَغۡلُوبٞ فَٱنتَصِرۡ
Toen riep hij zijn Heer aan: “Ik ben overmeesterd, help (mij) dus!”

11 - Al-Qamar (The Moon) - 011

فَفَتَحۡنَآ أَبۡوَٰبَ ٱلسَّمَآءِ بِمَآءٖ مُّنۡهَمِرٖ
Dus openden Wij de poorten van de hemel met stromend water.

12 - Al-Qamar (The Moon) - 012

وَفَجَّرۡنَا ٱلۡأَرۡضَ عُيُونٗا فَٱلۡتَقَى ٱلۡمَآءُ عَلَىٰٓ أَمۡرٖ قَدۡ قُدِرَ
En Wij lieten uit de aarde de bronnen stromen. Dus de wateren ontmoetten elkaar in een voorbeschikte zaak.

13 - Al-Qamar (The Moon) - 013

وَحَمَلۡنَٰهُ عَلَىٰ ذَاتِ أَلۡوَٰحٖ وَدُسُرٖ
En Wij droegen hem op een (schip) gemaakt van spijkers en planken.

14 - Al-Qamar (The Moon) - 014

تَجۡرِي بِأَعۡيُنِنَا جَزَآءٗ لِّمَن كَانَ كُفِرَ
Drijvend onder Onze ogen [1] een vergelding voor degene die verworpen is!
[1]Zoals hiervoor vaak uitgelegd is, over het feit dat de Profeet Mohammed vrede zij met hem en zijn metgezellen geen problemen hadden met het erkennen van de Namen en Eigenschappen van Allah, maar degene die afwijkt van hun weg zal daar veel problemen mee hebben.

15 - Al-Qamar (The Moon) - 015

وَلَقَد تَّرَكۡنَٰهَآ ءَايَةٗ فَهَلۡ مِن مُّدَّكِرٖ
En voorwaar, Wij hebben dit een teken laten zijn, is er dan iemand die hier lering uit trekt?

16 - Al-Qamar (The Moon) - 016

فَكَيۡفَ كَانَ عَذَابِي وَنُذُرِ
Hoe (vreselijk) waren Mijn bestraffing en Mijn waarschuwingen.

17 - Al-Qamar (The Moon) - 017

وَلَقَدۡ يَسَّرۡنَا ٱلۡقُرۡءَانَ لِلذِّكۡرِ فَهَلۡ مِن مُّدَّكِرٖ
En Wij hebben de Koran zeker gemakkelijk gemaakt om te gedenken (het begrijpen ervan; dus kennis zodat we erna kunnen handelen en ook om het te kunnen onthouden), is er dan iemand die het zal onthouden?

18 - Al-Qamar (The Moon) - 018

كَذَّبَتۡ عَادٞ فَكَيۡفَ كَانَ عَذَابِي وَنُذُرِ
Het volk van ‘Ad verloochende, hoe vreselijk waren dan Mijn bestraffing en Mijn waarschuwingen?

19 - Al-Qamar (The Moon) - 019

إِنَّآ أَرۡسَلۡنَا عَلَيۡهِمۡ رِيحٗا صَرۡصَرٗا فِي يَوۡمِ نَحۡسٖ مُّسۡتَمِرّٖ
Waarlijk, Wij stuurden naar hen een heftige wind op de dag van de voordurende rampspoed.

20 - Al-Qamar (The Moon) - 020

تَنزِعُ ٱلنَّاسَ كَأَنَّهُمۡ أَعۡجَازُ نَخۡلٖ مُّنقَعِرٖ
Die de mensen wegrukte, alsof zij ontwortelde stammen van palmbomen waren.

21 - Al-Qamar (The Moon) - 021

فَكَيۡفَ كَانَ عَذَابِي وَنُذُرِ
Hoe vreselijk waren dan Mijn bestraffing en Mijn waarschuwingen?

22 - Al-Qamar (The Moon) - 022

وَلَقَدۡ يَسَّرۡنَا ٱلۡقُرۡءَانَ لِلذِّكۡرِ فَهَلۡ مِن مُّدَّكِرٖ
En voorwaar Wij hebben de Koran gemakkelijk gemaakt, is er dan iemand die het onthoudt?

23 - Al-Qamar (The Moon) - 023

كَذَّبَتۡ ثَمُودُ بِٱلنُّذُرِ
(Het volk van) Thamoed verloochende (ook) de waarschuwingen.

24 - Al-Qamar (The Moon) - 024

فَقَالُوٓاْ أَبَشَرٗا مِّنَّا وَٰحِدٗا نَّتَّبِعُهُۥٓ إِنَّآ إِذٗا لَّفِي ضَلَٰلٖ وَسُعُرٍ
Want zij zeiden: “Een man! Uit ons midden, die wij moeten volgen? Waarlijk, dan verkeren wij in dwaling en ellende of dwaasheid!”

25 - Al-Qamar (The Moon) - 025

أَءُلۡقِيَ ٱلذِّكۡرُ عَلَيۡهِ مِنۢ بَيۡنِنَا بَلۡ هُوَ كَذَّابٌ أَشِرٞ
Is het dat de openbaring tot hem gezonden is van uit ons midden? Nee, hij is een slechte persoon en een leugenaar!”

26 - Al-Qamar (The Moon) - 026

سَيَعۡلَمُونَ غَدٗا مَّنِ ٱلۡكَذَّابُ ٱلۡأَشِرُ
Morgen zullen zij het te weten komen, wie de arrogante leugenaar is

27 - Al-Qamar (The Moon) - 027

إِنَّا مُرۡسِلُواْ ٱلنَّاقَةِ فِتۡنَةٗ لَّهُمۡ فَٱرۡتَقِبۡهُمۡ وَٱصۡطَبِرۡ
Waarlijk, Wij sturen een kamelin als beproeving voor hen. Observeer hen en wees geduldig!

28 - Al-Qamar (The Moon) - 028

وَنَبِّئۡهُمۡ أَنَّ ٱلۡمَآءَ قِسۡمَةُۢ بَيۡنَهُمۡۖ كُلُّ شِرۡبٖ مُّحۡتَضَرٞ
En vertel hen dat het water tussen (haar en) hen verdeeld moet worden. Ieders recht om te drinken moet uitgevoerd worden.

29 - Al-Qamar (The Moon) - 029

فَنَادَوۡاْ صَاحِبَهُمۡ فَتَعَاطَىٰ فَعَقَرَ
Maar zij riepen hun metgezel en hij nam (een zwaard) en sneed (haar) pezen door.

30 - Al-Qamar (The Moon) - 030

فَكَيۡفَ كَانَ عَذَابِي وَنُذُرِ
Dan hoe (vreselijk) waren Mijn bestraffing en Mijn waarschuwingen

31 - Al-Qamar (The Moon) - 031

إِنَّآ أَرۡسَلۡنَا عَلَيۡهِمۡ صَيۡحَةٗ وَٰحِدَةٗ فَكَانُواْ كَهَشِيمِ ٱلۡمُحۡتَظِرِ
Waarlijk, Wij stuurden tot hen een enkele (vreselijke) schreeuw en zij werden als droog, vertrapt stro.

32 - Al-Qamar (The Moon) - 032

وَلَقَدۡ يَسَّرۡنَا ٱلۡقُرۡءَانَ لِلذِّكۡرِ فَهَلۡ مِن مُّدَّكِرٖ
En voorwaar, Wij hebben de Koran gemakkelijk gemaakt, is er dan iemand die het onthoudt?

33 - Al-Qamar (The Moon) - 033

كَذَّبَتۡ قَوۡمُ لُوطِۭ بِٱلنُّذُرِ
Het volk van Loet verloochende de waarschuwingen.

34 - Al-Qamar (The Moon) - 034

إِنَّآ أَرۡسَلۡنَا عَلَيۡهِمۡ حَاصِبًا إِلَّآ ءَالَ لُوطٖۖ نَّجَّيۡنَٰهُم بِسَحَرٖ
Waarlijk, Wij stuurden hen een gewelddadige storm van stenen, behalve de familie van Loet, die Wij in het laatste uur van de nacht redden.

35 - Al-Qamar (The Moon) - 035

نِّعۡمَةٗ مِّنۡ عِندِنَاۚ كَذَٰلِكَ نَجۡزِي مَن شَكَرَ
Als gunst van Ons, aldus belonen Wij degene die dankbaar is.

36 - Al-Qamar (The Moon) - 036

وَلَقَدۡ أَنذَرَهُم بَطۡشَتَنَا فَتَمَارَوۡاْ بِٱلنُّذُرِ
En hij (Loet) heeft zeker voor Onze Greep (bestraffing) gewaarschuwd, maar zij twijfelden aan de waarschuwingen!

37 - Al-Qamar (The Moon) - 037

وَلَقَدۡ رَٰوَدُوهُ عَن ضَيۡفِهِۦ فَطَمَسۡنَآ أَعۡيُنَهُمۡ فَذُوقُواْ عَذَابِي وَنُذُرِ
En zij probeerden zeker zijn gasten tot schande te brengen. Aldus verblindden Wij hun ogen: “Proef dan Mijn bestraffing en Mijn waarschuwingen.”

38 - Al-Qamar (The Moon) - 038

وَلَقَدۡ صَبَّحَهُم بُكۡرَةً عَذَابٞ مُّسۡتَقِرّٞ
En waarlijk, een onafgebroken bestraffing greep hen vroeg in de ochtend.

39 - Al-Qamar (The Moon) - 039

فَذُوقُواْ عَذَابِي وَنُذُرِ
“Proef dan maar Mijn bestraffing en waarschuwingen.”

40 - Al-Qamar (The Moon) - 040

وَلَقَدۡ يَسَّرۡنَا ٱلۡقُرۡءَانَ لِلذِّكۡرِ فَهَلۡ مِن مُّدَّكِرٖ
En voorwaar, Wij hebben de Koran gemakkelijk gemaakt, is er dan iemand die het onthoudt?

41 - Al-Qamar (The Moon) - 041

وَلَقَدۡ جَآءَ ءَالَ فِرۡعَوۡنَ ٱلنُّذُرُ
En voorwaar, waarschuwingen kwamen tot het volk van Farao.

42 - Al-Qamar (The Moon) - 042

كَذَّبُواْ بِـَٔايَٰتِنَا كُلِّهَا فَأَخَذۡنَٰهُمۡ أَخۡذَ عَزِيزٖ مُّقۡتَدِرٍ
(Zij) verloochenden al Onze tekenen, dus grepen Wij hen met een machtige greep, en hij is tot alles in staat.

43 - Al-Qamar (The Moon) - 043

أَكُفَّارُكُمۡ خَيۡرٞ مِّنۡ أُوْلَـٰٓئِكُمۡ أَمۡ لَكُم بَرَآءَةٞ فِي ٱلزُّبُرِ
Zijn jullie ongelovigen beter dan zij (de eerdere ongelovigen) Of hebben jullie vrijstelling (voor onze bestraffing) die in geschriften staan?

44 - Al-Qamar (The Moon) - 044

أَمۡ يَقُولُونَ نَحۡنُ جَمِيعٞ مُّنتَصِرٞ
Of zeggen zij: “Wij zijn met velen en wij zullen overwinnen?”

45 - Al-Qamar (The Moon) - 045

سَيُهۡزَمُ ٱلۡجَمۡعُ وَيُوَلُّونَ ٱلدُّبُرَ
Hun aantal zal verslagen worden en zij zullen hun ruggen toekeren.

46 - Al-Qamar (The Moon) - 046

بَلِ ٱلسَّاعَةُ مَوۡعِدُهُمۡ وَٱلسَّاعَةُ أَدۡهَىٰ وَأَمَرُّ
Nee, maar het uur is hun aangewezen tijd, en het uur zal nog droeviger en nog bitterder voor hun zijn.

47 - Al-Qamar (The Moon) - 047

إِنَّ ٱلۡمُجۡرِمِينَ فِي ضَلَٰلٖ وَسُعُرٖ
Waarlijk, de misdadigers verkeren in dwaling en zullen branden.

48 - Al-Qamar (The Moon) - 048

يَوۡمَ يُسۡحَبُونَ فِي ٱلنَّارِ عَلَىٰ وُجُوهِهِمۡ ذُوقُواْ مَسَّ سَقَرَ
De dag dat zij op hun gezichten in het vuur worden gesleept (zal er tegen hen gezegd worden): “Proef de aanraking van de hel!”

49 - Al-Qamar (The Moon) - 049

إِنَّا كُلَّ شَيۡءٍ خَلَقۡنَٰهُ بِقَدَرٖ
Waarlijk, Wij hebben alle zaken volgens een bepaalde maat geschapen.

50 - Al-Qamar (The Moon) - 050

وَمَآ أَمۡرُنَآ إِلَّا وَٰحِدَةٞ كَلَمۡحِۭ بِٱلۡبَصَرِ
En Ons bevel is slechts één; als de flikkering van een oog.

51 - Al-Qamar (The Moon) - 051

وَلَقَدۡ أَهۡلَكۡنَآ أَشۡيَاعَكُمۡ فَهَلۡ مِن مُّدَّكِرٖ
En voorwaar, Wij hebben degenen zoals jullie hoervoor ook vernietigd. Is er dan iemand die hier lering uit trekt?

52 - Al-Qamar (The Moon) - 052

وَكُلُّ شَيۡءٖ فَعَلُوهُ فِي ٱلزُّبُرِ
En alles wat zij gedaan hebben is in (hun) verslagen genoteerd.

53 - Al-Qamar (The Moon) - 053

وَكُلُّ صَغِيرٖ وَكَبِيرٖ مُّسۡتَطَرٌ
En alles, groot en klein is staat opgeschreven.

54 - Al-Qamar (The Moon) - 054

إِنَّ ٱلۡمُتَّقِينَ فِي جَنَّـٰتٖ وَنَهَرٖ
Waarlijk, de godvrezenden zullen in het midden van de tuinen en rivieren zijn.

55 - Al-Qamar (The Moon) - 055

فِي مَقۡعَدِ صِدۡقٍ عِندَ مَلِيكٖ مُّقۡتَدِرِۭ
In een zitting van waarheid in de nabijheid van de ware Koning die tot alles in staat is.

Scroll to Top