الزخرف
Az-Zukhruf
The Ornaments of Gold
1 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 001
حمٓ
Ha Miem.[1]
[1] Bekijk de voetnoten van vers 1 van Soera Al-Baqarah.
2 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 002
وَٱلۡكِتَٰبِ ٱلۡمُبِينِ
Bij het duidelijke Boek.
3 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 003
إِنَّا جَعَلۡنَٰهُ قُرۡءَٰنًا عَرَبِيّٗا لَّعَلَّكُمۡ تَعۡقِلُونَ
Wij hebben waarlijk een Koran het Arabisch gemaakt, zodat jullie in staat zijn het te begrijpen.
4 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 004
وَإِنَّهُۥ فِيٓ أُمِّ ٱلۡكِتَٰبِ لَدَيۡنَا لَعَلِيٌّ حَكِيمٌ
En waarlijk, het is (de Koran) in de Moeder van boeken, waarlijk verheven, vol wijsheid.
5 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 005
أَفَنَضۡرِبُ عَنكُمُ ٱلذِّكۡرَ صَفۡحًا أَن كُنتُمۡ قَوۡمٗا مُّسۡرِفِينَ
Dachten jullie dat wij het verloochenen van jullie tegenover de vermaning ongestraft zouden laten, terwijl jullie een volk zijn dat de grenzen overschrijdt.
6 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 006
وَكَمۡ أَرۡسَلۡنَا مِن نَّبِيّٖ فِي ٱلۡأَوَّلِينَ
En hoeveel profeten hebben Wij gestuurd onder de eerdere volkeren.
7 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 007
وَمَا يَأۡتِيهِم مِّن نَّبِيٍّ إِلَّا كَانُواْ بِهِۦ يَسۡتَهۡزِءُونَ
En nooit kwam er een profeet tot hen of zij bespotten hun eigen profeten.
8 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 008
فَأَهۡلَكۡنَآ أَشَدَّ مِنۡهُم بَطۡشٗا وَمَضَىٰ مَثَلُ ٱلۡأَوَّلِينَ
Toen vernietigden Wij mensen die nog erger waren dan zij – en de voorbeelden van de eerdere volkeren is voorbij gegaan.
9 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 009
وَلَئِن سَأَلۡتَهُم مَّنۡ خَلَقَ ٱلسَّمَٰوَٰتِ وَٱلۡأَرۡضَ لَيَقُولُنَّ خَلَقَهُنَّ ٱلۡعَزِيزُ ٱلۡعَلِيمُ
En zeker, als je hen vraagt: “Wie heeft de hemelen en de aarde geschapen?” Zullen zij zeker zeggen: “De Almachtige, de Alwetende heeft hen geschapen."
10 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 010
ٱلَّذِي جَعَلَ لَكُمُ ٱلۡأَرۡضَ مَهۡدٗا وَجَعَلَ لَكُمۡ فِيهَا سُبُلٗا لَّعَلَّكُمۡ تَهۡتَدُونَ
Die voor jullie de aarde als een bed heeft gemaakt, en voor jullie daarop wegen heeft aangelegd, zodat jullie je weg kunnen vinden.
11 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 011
وَٱلَّذِي نَزَّلَ مِنَ ٱلسَّمَآءِ مَآءَۢ بِقَدَرٖ فَأَنشَرۡنَا بِهِۦ بَلۡدَةٗ مَّيۡتٗاۚ كَذَٰلِكَ تُخۡرَجُونَ
En Die water (regen) uit de hemel neer heeft gestuurd in een afgepaste maat. Dan hebben Wij het dode land daarmee tot leven gebracht en zo worden jullie ook voortgebracht.
12 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 012
وَٱلَّذِي خَلَقَ ٱلۡأَزۡوَٰجَ كُلَّهَا وَجَعَلَ لَكُم مِّنَ ٱلۡفُلۡكِ وَٱلۡأَنۡعَٰمِ مَا تَرۡكَبُونَ
En Die alles in paren geschapen heeft en die voor jullie schepen en vee aangewezen heeft om op te rijden.
13 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 013
لِتَسۡتَوُۥاْ عَلَىٰ ظُهُورِهِۦ ثُمَّ تَذۡكُرُواْ نِعۡمَةَ رَبِّكُمۡ إِذَا ٱسۡتَوَيۡتُمۡ عَلَيۡهِ وَتَقُولُواْ سُبۡحَٰنَ ٱلَّذِي سَخَّرَ لَنَا هَٰذَا وَمَا كُنَّا لَهُۥ مُقۡرِنِينَ
Zodat jullie stevig op hun ruggen kunnen klimmen en dan de gunst van jullie Heer kunnen gedenken wanneer jullie daarop plaats hebben genomen en dan zeggen: “Verheerlijkt is Hij die dit (bv. een rijdier of auto) aan ons onderworpen heeft, en wij zouden dit nooit zelf aankunnen.”
14 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 014
وَإِنَّآ إِلَىٰ رَبِّنَا لَمُنقَلِبُونَ
En waarlijk, tot Onze Heer zullen wij zeker terugkeren!
15 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 015
وَجَعَلُواْ لَهُۥ مِنۡ عِبَادِهِۦ جُزۡءًاۚ إِنَّ ٱلۡإِنسَٰنَ لَكَفُورٞ مُّبِينٌ
En zij kennen aan sommigen van Zijn dienaren (zoals Jezus, en bij de sjiieten hun twaalf imams) een deel van Hem toe. Waarlijk, de mens is zeker duidelijk ondankbaar!
16 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 016
أَمِ ٱتَّخَذَ مِمَّا يَخۡلُقُ بَنَاتٖ وَأَصۡفَىٰكُم بِٱلۡبَنِينَ
Of Hij heeft dochters genomen uit dat wat Hij geschapen heeft, en Hij heeft voor jullie zonen uitgekozen?
17 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 017
وَإِذَا بُشِّرَ أَحَدُهُم بِمَا ضَرَبَ لِلرَّحۡمَٰنِ مَثَلٗا ظَلَّ وَجۡهُهُۥ مُسۡوَدّٗا وَهُوَ كَظِيمٌ
En als één van hen het nieuws hoort (de geboorte van een meisje) van wat zij aan de Barmhartigste toeschrijven wordt zijn gezicht donker en hij is vervuld met droefheid!
18 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 018
أَوَمَن يُنَشَّؤُاْ فِي ٱلۡحِلۡيَةِ وَهُوَ فِي ٱلۡخِصَامِ غَيۡرُ مُبِينٖ
Is degene die groot is gebracht met versieringen en in een ruzie zichzelf niet duidelijk kan maken (door veel emotie) een onderdeel van Allah?
19 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 019
وَجَعَلُواْ ٱلۡمَلَـٰٓئِكَةَ ٱلَّذِينَ هُمۡ عِبَٰدُ ٱلرَّحۡمَٰنِ إِنَٰثًاۚ أَشَهِدُواْ خَلۡقَهُمۡۚ سَتُكۡتَبُ شَهَٰدَتُهُمۡ وَيُسۡـَٔلُونَ
En zij maken de engelen die zelf de dienaren van de Barmhartigste zijn tot vrouwen. Waren zij getuigen van hun schepping? Hun bewijs zal genoteerd worden en zij zullen ondervraagd worden!
20 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 020
وَقَالُواْ لَوۡ شَآءَ ٱلرَّحۡمَٰنُ مَا عَبَدۡنَٰهُمۗ مَّا لَهُم بِذَٰلِكَ مِنۡ عِلۡمٍۖ إِنۡ هُمۡ إِلَّا يَخۡرُصُونَ
En zij zeiden: “Als het de wil van de meest Barmhartige geweest was, zouden wij hen niet aanbidden. Zij hebben geen kennis daarover. Zij doen niets anders dan liegen!"
21 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 021
أَمۡ ءَاتَيۡنَٰهُمۡ كِتَٰبٗا مِّن قَبۡلِهِۦ فَهُم بِهِۦ مُسۡتَمۡسِكُونَ
Of hebben Wij hen een Boek hiervoor gegeven waaraan zij zich vasthouden?
22 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 022
بَلۡ قَالُوٓاْ إِنَّا وَجَدۡنَآ ءَابَآءَنَا عَلَىٰٓ أُمَّةٖ وَإِنَّا عَلَىٰٓ ءَاثَٰرِهِم مُّهۡتَدُونَ
Welnee! Zij zeggen: “Wij vonden onze vaders op een bepaalde godsdienst, en wij leiden onszelf door hun voetstappen.”
23 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 023
وَكَذَٰلِكَ مَآ أَرۡسَلۡنَا مِن قَبۡلِكَ فِي قَرۡيَةٖ مِّن نَّذِيرٍ إِلَّا قَالَ مُتۡرَفُوهَآ إِنَّا وَجَدۡنَآ ءَابَآءَنَا عَلَىٰٓ أُمَّةٖ وَإِنَّا عَلَىٰٓ ءَاثَٰرِهِم مُّقۡتَدُونَ
En ook hebben Wij geen boodschapper voor jou gestuurd naar elke stad of de gemakzuchtige onder hen zeiden: “Wij zagen dat onze vaders een bepaalde godsdienst volgden en wij zullen zeker in hun voetstappen treden.”
24 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 024
۞قَٰلَ أَوَلَوۡ جِئۡتُكُم بِأَهۡدَىٰ مِمَّا وَجَدتُّمۡ عَلَيۡهِ ءَابَآءَكُمۡۖ قَالُوٓاْ إِنَّا بِمَآ أُرۡسِلۡتُم بِهِۦ كَٰفِرُونَ
Hij (Mohammed) zei: “Zelfs als ik jullie een betere leiding breng dan die van jullie vaders?” Zij zeiden: “Waarlijk, wij geloven niet in datgene waar jullie mee gestuurd zijn.”
25 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 025
فَٱنتَقَمۡنَا مِنۡهُمۡۖ فَٱنظُرۡ كَيۡفَ كَانَ عَٰقِبَةُ ٱلۡمُكَذِّبِينَ
Dus wreekten Wij ons over hen, zie dan wat het einde was van degenen die ontkenden.
26 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 026
وَإِذۡ قَالَ إِبۡرَٰهِيمُ لِأَبِيهِ وَقَوۡمِهِۦٓ إِنَّنِي بَرَآءٞ مِّمَّا تَعۡبُدُونَ
En (gedenk) toen Ibraahiem tegen zijn vader en zijn volk zei: “Waarlijk ik ben onschuldig aan dat wat jullie aanbidden.
27 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 027
إِلَّا ٱلَّذِي فَطَرَنِي فَإِنَّهُۥ سَيَهۡدِينِ
Behalve Hij Die mij geschapen heeft en waarlijk, Hij zal mij leiden.”
28 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 028
وَجَعَلَهَا كَلِمَةَۢ بَاقِيَةٗ فِي عَقِبِهِۦ لَعَلَّهُمۡ يَرۡجِعُونَ
En hij liet het een woord onder zijn nageslacht zijn dat altijd duurde, dat zij terug kunnen keren.
29 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 029
بَلۡ مَتَّعۡتُ هَـٰٓؤُلَآءِ وَءَابَآءَهُمۡ حَتَّىٰ جَآءَهُمُ ٱلۡحَقُّ وَرَسُولٞ مُّبِينٞ
Nee, maar Ik (Allah) liet hen en hun vaderen genieten (in deze wereld) tot de waarheid (de Koran) tot hen kwam en een duidelijke boodschapper.
30 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 030
وَلَمَّا جَآءَهُمُ ٱلۡحَقُّ قَالُواْ هَٰذَا سِحۡرٞ وَإِنَّا بِهِۦ كَٰفِرُونَ
En toen de waarheid tot hen kwam, zeiden zij: “Dit is toverij en wij geloven daar niet in.”
31 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 031
وَقَالُواْ لَوۡلَا نُزِّلَ هَٰذَا ٱلۡقُرۡءَانُ عَلَىٰ رَجُلٖ مِّنَ ٱلۡقَرۡيَتَيۡنِ عَظِيمٍ
En (de ongelovigen die niet beter wisten) zeiden: “Waarom werd deze Koran niet geopenbaard aan een groot man van (één van) de twee steden [1].
[1]Mekka of Taaïf, respectievelijk Al-Walied ibn Al-Moeghierah en ‘Orwah ibn Mas’oed Ath-Thaqafie.
32 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 032
أَهُمۡ يَقۡسِمُونَ رَحۡمَتَ رَبِّكَۚ نَحۡنُ قَسَمۡنَا بَيۡنَهُم مَّعِيشَتَهُمۡ فِي ٱلۡحَيَوٰةِ ٱلدُّنۡيَاۚ وَرَفَعۡنَا بَعۡضَهُمۡ فَوۡقَ بَعۡضٖ دَرَجَٰتٖ لِّيَتَّخِذَ بَعۡضُهُم بَعۡضٗا سُخۡرِيّٗاۗ وَرَحۡمَتُ رَبِّكَ خَيۡرٞ مِّمَّا يَجۡمَعُونَ
Zijn zij het die de genade van jouw Heer verdelen? Wij zijn het Die onder hen hun levensonderhoud op deze wereld verdelen, en Wij verhieven sommigen van hen in rang boven anderen, waardoor de ene (arme) groep het mikpunt van spot zal zijn voor de andere (rijke) groep. Maar de genade van jou Heer is beter dan wat zij vergaren.
33 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 033
وَلَوۡلَآ أَن يَكُونَ ٱلنَّاسُ أُمَّةٗ وَٰحِدَةٗ لَّجَعَلۡنَا لِمَن يَكۡفُرُ بِٱلرَّحۡمَٰنِ لِبُيُوتِهِمۡ سُقُفٗا مِّن فِضَّةٖ وَمَعَارِجَ عَلَيۡهَا يَظۡهَرُونَ
En als de mensheid niet één gemeenschap waren, dan zouden Wij voor degenen die in de Barmhartigste ongelovig waren zilveren daken voor hun huizen gemaakt hebben, en trappen waardoor zij konden opstijgen.
34 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 034
وَلِبُيُوتِهِمۡ أَبۡوَٰبٗا وَسُرُرًا عَلَيۡهَا يَتَّكِـُٔونَ
En voor hun huisdeuren en tronen waarop zij konden rusten.
35 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 035
وَزُخۡرُفٗاۚ وَإِن كُلُّ ذَٰلِكَ لَمَّا مَتَٰعُ ٱلۡحَيَوٰةِ ٱلدُّنۡيَاۚ وَٱلۡأٓخِرَةُ عِندَ رَبِّكَ لِلۡمُتَّقِينَ
En versieringen van goud. Maar dit alles zou niet anders dan een vermaak van deze wereld zijn. En het hiernamaals bij jullie Heer is slechts voor de godvrezenden.
36 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 036
وَمَن يَعۡشُ عَن ذِكۡرِ ٱلرَّحۡمَٰنِ نُقَيِّضۡ لَهُۥ شَيۡطَٰنٗا فَهُوَ لَهُۥ قَرِينٞ
En wie zich afkeert van het gedenken van de meest Barmhartige (zowel kennis op doen, de Koran onderhouden, Allah gedenken, vrijwillig aanbidding enz), dan wijzen Wij Shaytaan aan als zijn metgezel.
37 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 037
وَإِنَّهُمۡ لَيَصُدُّونَهُمۡ عَنِ ٱلسَّبِيلِ وَيَحۡسَبُونَ أَنَّهُم مُّهۡتَدُونَ
En waarlijk, zij (de duivels) belemmeren hen (de levenden) op het (rechte) pad en (toch) denken zij dat zij ‘recht’ zijn geleid!
38 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 038
حَتَّىٰٓ إِذَا جَآءَنَا قَالَ يَٰلَيۡتَ بَيۡنِي وَبَيۡنَكَ بُعۡدَ ٱلۡمَشۡرِقَيۡنِ فَبِئۡسَ ٱلۡقَرِينُ
Tot (zo iemand) tot Ons komt, zegt hij: “Was er maar tussen ons een afstand van twee oosten, (wat) een erg (soort) metgezel (de satan)!”
39 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 039
وَلَن يَنفَعَكُمُ ٱلۡيَوۡمَ إِذ ظَّلَمۡتُمۡ أَنَّكُمۡ فِي ٱلۡعَذَابِ مُشۡتَرِكُونَ
En het zal jullie op deze dag niet baten dat jullie de bestraffing met elkaar delen, door jullie onrecht.
40 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 040
أَفَأَنتَ تُسۡمِعُ ٱلصُّمَّ أَوۡ تَهۡدِي ٱلۡعُمۡيَ وَمَن كَانَ فِي ضَلَٰلٖ مُّبِينٖ
Kan jij (o Mohammed)de doden laten horen of kan je de blinden leiden of degene die in duidelijke dwaling verkeerd?
41 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 041
فَإِمَّا نَذۡهَبَنَّ بِكَ فَإِنَّا مِنۡهُم مُّنتَقِمُونَ
En zelfs als Wij jou weg nemen, zullen Wij ons zeker op hen wreken.
42 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 042
أَوۡ نُرِيَنَّكَ ٱلَّذِي وَعَدۡنَٰهُمۡ فَإِنَّا عَلَيۡهِم مُّقۡتَدِرُونَ
Of (als) Wij jouw laten zien datgene waarmee Wij hen zullen bestraffen. Waarlijk, wij hebben de macht over hen.
43 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 043
فَٱسۡتَمۡسِكۡ بِٱلَّذِيٓ أُوحِيَ إِلَيۡكَۖ إِنَّكَ عَلَىٰ صِرَٰطٖ مُّسۡتَقِيمٖ
Houd je dus stevig vast aan datgene wat aan jou geopenbaard is. Waarlijk, jij bent op het rechte pad.
44 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 044
وَإِنَّهُۥ لَذِكۡرٞ لَّكَ وَلِقَوۡمِكَۖ وَسَوۡفَ تُسۡـَٔلُونَ
En waarlijk, dit is zeker een overdenking voor jou en je volk en jullie zullen (daarover) ondervraagd worden.
45 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 045
وَسۡـَٔلۡ مَنۡ أَرۡسَلۡنَا مِن قَبۡلِكَ مِن رُّسُلِنَآ أَجَعَلۡنَا مِن دُونِ ٱلرَّحۡمَٰنِ ءَالِهَةٗ يُعۡبَدُونَ
En vraag diegene van Onze Boodschappers die Wij vóór jou gestuurd hebben: “Hebben Wij ooit goden aangewezen die naast de Barmhartigste aanbeden moeten worden?”
46 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 046
وَلَقَدۡ أَرۡسَلۡنَا مُوسَىٰ بِـَٔايَٰتِنَآ إِلَىٰ فِرۡعَوۡنَ وَمَلَإِيْهِۦ فَقَالَ إِنِّي رَسُولُ رَبِّ ٱلۡعَٰلَمِينَ
En voorwaar Wij hebben Moesa met Onze tekenen gestuurd naar de Farao en zijn leiders. Hij zei: “Waarlijk, Ik ben een boodschapper van de Heer van de werelden.”
47 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 047
فَلَمَّا جَآءَهُم بِـَٔايَٰتِنَآ إِذَا هُم مِّنۡهَا يَضۡحَكُونَ
Maar toen hij tot hen met Onze tekenen kwam, zie! Lachten zij hem uit.
48 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 048
وَمَا نُرِيهِم مِّنۡ ءَايَةٍ إِلَّا هِيَ أَكۡبَرُ مِنۡ أُخۡتِهَاۖ وَأَخَذۡنَٰهُم بِٱلۡعَذَابِ لَعَلَّهُمۡ يَرۡجِعُونَ
En Wij toonden hen geen teken of het werd door een groter gevolgd, en Wij grepen hen met bestraffing zodat zich misschien zouden afkeren van hun fout.
49 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 049
وَقَالُواْ يَـٰٓأَيُّهَ ٱلسَّاحِرُ ٱدۡعُ لَنَا رَبَّكَ بِمَا عَهِدَ عِندَكَ إِنَّنَا لَمُهۡتَدُونَ
En zij zeiden: “O jij tovenaar! Roep je Heer voor ons aan vanwege de belofte. Waarlijk, wij zullen dan zeker (recht) geleid worden.”
50 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 050
فَلَمَّا كَشَفۡنَا عَنۡهُمُ ٱلۡعَذَابَ إِذَا هُمۡ يَنكُثُونَ
Maar toen Wij de bestraffing van hen verwijderden, zie! Zij verbraken hun verbond.
51 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 051
وَنَادَىٰ فِرۡعَوۡنُ فِي قَوۡمِهِۦ قَالَ يَٰقَوۡمِ أَلَيۡسَ لِي مُلۡكُ مِصۡرَ وَهَٰذِهِ ٱلۡأَنۡهَٰرُ تَجۡرِي مِن تَحۡتِيٓۚ أَفَلَا تُبۡصِرُونَ
En Farao verkondigde onder zijn volk: “O mijn volk! Is het rijk van Egypte niet van mij en deze rivieren die onder mij stromen. Zien jullie hen dan niet?
52 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 052
أَمۡ أَنَا۠ خَيۡرٞ مِّنۡ هَٰذَا ٱلَّذِي هُوَ مَهِينٞ وَلَا يَكَادُ يُبِينُ
Ben ik niet beter dan deze ene (Moesa) die zonder respect is en zichzelf amper goed kan uitdrukken?
53 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 053
فَلَوۡلَآ أُلۡقِيَ عَلَيۡهِ أَسۡوِرَةٞ مِّن ذَهَبٍ أَوۡ جَآءَ مَعَهُ ٱلۡمَلَـٰٓئِكَةُ مُقۡتَرِنِينَ
Waarom zijn hem dan geen gouden armbanden gegeven of zijn er engelen met hem gestuurd?"
54 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 054
فَٱسۡتَخَفَّ قَوۡمَهُۥ فَأَطَاعُوهُۚ إِنَّهُمۡ كَانُواْ قَوۡمٗا فَٰسِقِينَ
Dus hij (de Farao) misleidde zijn volk en zij gehoorzaamden hem. Waarlijk, zij waren altijd een volk geweest wat verdorven was (door het blind volgen van de leiders).
55 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 055
فَلَمَّآ ءَاسَفُونَا ٱنتَقَمۡنَا مِنۡهُمۡ فَأَغۡرَقۡنَٰهُمۡ أَجۡمَعِينَ
Dus toen zij Ons kwaad maakten, straften Wij hen en verdronken hen allen.
56 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 056
فَجَعَلۡنَٰهُمۡ سَلَفٗا وَمَثَلٗا لِّلۡأٓخِرِينَ
En Wij maakten hen tot voorlopers en een voorbeeld voor latere generaties.
57 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 057
۞وَلَمَّا ضُرِبَ ٱبۡنُ مَرۡيَمَ مَثَلًا إِذَا قَوۡمُكَ مِنۡهُ يَصِدُّونَ
En als de zoon van Maryam als voorbeeld wordt genoemd zie! Jouw volk lacht daarom.
58 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 058
وَقَالُوٓاْ ءَأَٰلِهَتُنَا خَيۡرٌ أَمۡ هُوَۚ مَا ضَرَبُوهُ لَكَ إِلَّا جَدَلَۢاۚ بَلۡ هُمۡ قَوۡمٌ خَصِمُونَ
En zij zeiden: “Zijn onze goden beter of is hij(Isa) dat?” Zij noemen niet het al eerder genoemde voorbeeld behalve als tegenargument. Welnee! Maar zij zijn een volk die redetwisten.
59 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 059
إِنۡ هُوَ إِلَّا عَبۡدٌ أَنۡعَمۡنَا عَلَيۡهِ وَجَعَلۡنَٰهُ مَثَلٗا لِّبَنِيٓ إِسۡرَـٰٓءِيلَ
Hij (Isa) was niet meer dan een dienaar maar Wij gaven hem Onze gunst en Wij maakten hem tot een voorbeeld (profeet) voor de Kinderen van Israël.
60 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 060
وَلَوۡ نَشَآءُ لَجَعَلۡنَا مِنكُم مَّلَـٰٓئِكَةٗ فِي ٱلۡأَرۡضِ يَخۡلُفُونَ
En als het Onze wil was geweest, dan zouden Wij jullie tot engelen hebben gemaakt die elkaar op aarde opvolgen.
61 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 061
وَإِنَّهُۥ لَعِلۡمٞ لِّلسَّاعَةِ فَلَا تَمۡتَرُنَّ بِهَا وَٱتَّبِعُونِۚ هَٰذَا صِرَٰطٞ مُّسۡتَقِيمٞ
En hij (de profeet Isa) is een bekend teken zijn voor het Uur. Heb daarom geen twijfel over het. En volg Mij! Dit is het rechte pad.
62 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 062
وَلَا يَصُدَّنَّكُمُ ٱلشَّيۡطَٰنُۖ إِنَّهُۥ لَكُمۡ عَدُوّٞ مُّبِينٞ
En laat Shaytaan jullie niet tegenhouden. Waarlijk, hij is voor jullie een duidelijke vijand.
63 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 063
وَلَمَّا جَآءَ عِيسَىٰ بِٱلۡبَيِّنَٰتِ قَالَ قَدۡ جِئۡتُكُم بِٱلۡحِكۡمَةِ وَلِأُبَيِّنَ لَكُم بَعۡضَ ٱلَّذِي تَخۡتَلِفُونَ فِيهِۖ فَٱتَّقُواْ ٱللَّهَ وَأَطِيعُونِ
En toen Isa met (Onze) duidelijke bewijzen kwam, zei hij: “Ik ben tot jullie met profeetschap gekomen en om sommige delen waarover jullie van mening verschillen duidelijk te maken, vrees daarom Allah en gehoorzaam mij,
64 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 064
إِنَّ ٱللَّهَ هُوَ رَبِّي وَرَبُّكُمۡ فَٱعۡبُدُوهُۚ هَٰذَا صِرَٰطٞ مُّسۡتَقِيمٞ
Waarlijk, Allah! Hij is mijn Heer en jullie Heer. Aanbid dus alleen Hem. Dit is het (enige) rechte pad.”
65 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 065
فَٱخۡتَلَفَ ٱلۡأَحۡزَابُ مِنۢ بَيۡنِهِمۡۖ فَوَيۡلٞ لِّلَّذِينَ ظَلَمُواْ مِنۡ عَذَابِ يَوۡمٍ أَلِيمٍ
Maar de sekten verschilden van mening onder elkaar. Wee dus, voor degenen die zondigen voor de bestraffing van een pijnlijke Dag [1].
[1]Het is binnen de Islam verboden om mensen of geleerden te verheiligen. Sommigen worden zo verheiligd en geloven dat als je deze persoon niet blind volgt, dat je dan niet op het rechte pad bent. Dit zijn allemaal zaken van sekten die leiden naar afgoderij, hier dient voor uitgekeken worden!
66 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 066
هَلۡ يَنظُرُونَ إِلَّا ٱلسَّاعَةَ أَن تَأۡتِيَهُم بَغۡتَةٗ وَهُمۡ لَا يَشۡعُرُونَ
Wachten zij slechts op het Uur – dat plotseling tot hen zal komen, terwijl zij het niet door hebben?
67 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 067
ٱلۡأَخِلَّآءُ يَوۡمَئِذِۭ بَعۡضُهُمۡ لِبَعۡضٍ عَدُوٌّ إِلَّا ٱلۡمُتَّقِينَ
Vrienden op die dag zullen elkaars vijanden zijn behalve de godvrezenden [1].
[1]Dat komt omdat de gelovige slechts de andere gelovige tot vriend en steun neemt, zoals ook staat in hoofdstuk 18, De Grot, vers: 28.
68 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 068
يَٰعِبَادِ لَا خَوۡفٌ عَلَيۡكُمُ ٱلۡيَوۡمَ وَلَآ أَنتُمۡ تَحۡزَنُونَ
“Mijn dienaren, Op deze dag zullen jullie niet vrezen noch zullen jullie bedroefd zijn."
69 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 069
ٱلَّذِينَ ءَامَنُواْ بِـَٔايَٰتِنَا وَكَانُواْ مُسۡلِمِينَ
(Jullie) die geloofd (kennis opdoen) hebben in Onze tekenen en moslims waren (er na handelen).
70 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 070
ٱدۡخُلُواْ ٱلۡجَنَّةَ أَنتُمۡ وَأَزۡوَٰجُكُمۡ تُحۡبَرُونَ
Treedt het paradijs in vreugde binnen, jullie en jullie vrouwen."
71 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 071
يُطَافُ عَلَيۡهِم بِصِحَافٖ مِّن ذَهَبٖ وَأَكۡوَابٖۖ وَفِيهَا مَا تَشۡتَهِيهِ ٱلۡأَنفُسُ وَتَلَذُّ ٱلۡأَعۡيُنُۖ وَأَنتُمۡ فِيهَا خَٰلِدُونَ
Gouden dienbladen en bekers zullen onder hen rondgaan, daarin (het paradijs) zal alles wat hun harten konden wensen (zijn), alles waar de ogen zich in kunnen verheugen, en jullie zullen daarin voor altijd verblijven.
72 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 072
وَتِلۡكَ ٱلۡجَنَّةُ ٱلَّتِيٓ أُورِثۡتُمُوهَا بِمَا كُنتُمۡ تَعۡمَلُونَ
Dit is het paradijs wat jullie beërfd hebben door jullie daden die jullie verricht hebben.
73 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 073
لَكُمۡ فِيهَا فَٰكِهَةٞ كَثِيرَةٞ مِّنۡهَا تَأۡكُلُونَ
Daarin zal een overvloed aan fruit zijn dat jullie zullen eten (dit zonder vol te raken).
74 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 074
إِنَّ ٱلۡمُجۡرِمِينَ فِي عَذَابِ جَهَنَّمَ خَٰلِدُونَ
Waarlijk, de misdadigers (degenen die volharden in hun kwade daden en geen Tawbah doen) zullen in de bestraffing van de hel zijn om daarin voor altijd te verblijven.
75 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 075
لَا يُفَتَّرُ عَنۡهُمۡ وَهُمۡ فِيهِ مُبۡلِسُونَ
(De bestraffing) zal niet voor hen verlicht worden en zij zullen met groot berouw, spijt en wanhoop daarin in de vernietiging worden geworpen.
76 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 076
وَمَا ظَلَمۡنَٰهُمۡ وَلَٰكِن كَانُواْ هُمُ ٱلظَّـٰلِمِينَ
Wij zijn niet onrechtvaardig voor hen maar zij waren de onrechtplegers.
77 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 077
وَنَادَوۡاْ يَٰمَٰلِكُ لِيَقۡضِ عَلَيۡنَا رَبُّكَۖ قَالَ إِنَّكُم مَّـٰكِثُونَ
En zij zullen roepen (jaren en jaren lang): “O Malik! Laat jouw Heer een einde aan ons maken.” Hij zal zeggen: “Waarlijk, jullie zullen voor altijd verblijven.”
78 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 078
لَقَدۡ جِئۡنَٰكُم بِٱلۡحَقِّ وَلَٰكِنَّ أَكۡثَرَكُمۡ لِلۡحَقِّ كَٰرِهُونَ
Voorwaar, Wij hebben de waarheid tot jullie gebracht, maar de meesten van jullie haten de waarheid.
79 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 079
أَمۡ أَبۡرَمُوٓاْ أَمۡرٗا فَإِنَّا مُبۡرِمُونَ
Of hebben jullie een plan bedacht? Wij bedenken ook een plan.
80 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 080
أَمۡ يَحۡسَبُونَ أَنَّا لَا نَسۡمَعُ سِرَّهُمۡ وَنَجۡوَىٰهُمۚ بَلَىٰ وَرُسُلُنَا لَدَيۡهِمۡ يَكۡتُبُونَ
Of denken zij dat Wij hun geheimen niet horen in hun besloten vergadering? Onze boodschappers (de engelen )schrijven het op.
81 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 081
قُلۡ إِن كَانَ لِلرَّحۡمَٰنِ وَلَدٞ فَأَنَا۠ أَوَّلُ ٱلۡعَٰبِدِينَ
Zeg: “Als de meest Barmhartige een zoon had dan zou ik de eerste van Zijn aanbidders zijn [1].
[1]Omdat er niemand zo gehoorzaam is bij Allah zoals de Profeet Mohammed vrede zij met hem, maar het is slechts een grote leugen.
82 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 082
سُبۡحَٰنَ رَبِّ ٱلسَّمَٰوَٰتِ وَٱلۡأَرۡضِ رَبِّ ٱلۡعَرۡشِ عَمَّا يَصِفُونَ
Verheven is de Heer van de hemelen en de aarde, de Heer van de troon! Verheven is Hij boven alles wat jullie (Hem) toekennen."
83 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 083
فَذَرۡهُمۡ يَخُوضُواْ وَيَلۡعَبُواْ حَتَّىٰ يُلَٰقُواْ يَوۡمَهُمُ ٱلَّذِي يُوعَدُونَ
Laat hen dus (alleen) om onzin te uiten en te spelen tot zij op hun Dag ontmoeten, de Dag die hen beloofd is.
84 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 084
وَهُوَ ٱلَّذِي فِي ٱلسَّمَآءِ إِلَٰهٞ وَفِي ٱلۡأَرۡضِ إِلَٰهٞۚ وَهُوَ ٱلۡحَكِيمُ ٱلۡعَلِيمُ
Hij is het Die de enige god is in de hemel en de enige god is op de aarde. En Hij is de Alwijze, de Alwetende.
85 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 085
وَتَبَارَكَ ٱلَّذِي لَهُۥ مُلۡكُ ٱلسَّمَٰوَٰتِ وَٱلۡأَرۡضِ وَمَا بَيۡنَهُمَا وَعِندَهُۥ عِلۡمُ ٱلسَّاعَةِ وَإِلَيۡهِ تُرۡجَعُونَ
En gezegend is Hij aan Wie het koninkrijk van de hemelen en de aarde toe behoord, en alles wat daar tussen is, en bij Wie de kennis van het Uur is en tot Wie jullie (allen) zullen terugkeren.
86 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 086
وَلَا يَمۡلِكُ ٱلَّذِينَ يَدۡعُونَ مِن دُونِهِ ٱلشَّفَٰعَةَ إِلَّا مَن شَهِدَ بِٱلۡحَقِّ وَهُمۡ يَعۡلَمُونَ
En degenen die naast Allah worden aanroepen hebben geen macht voor bemiddeling; - behalve degenen die van de waarheid getuigen, terwijl zij het weten [1].
[1]Zoals de Profeet Mohammed, Allah schenkt hem op de dag des oordeels de mogelijkheid om voorspraak te doen voor zijn gemeenschap, maar dat kan hij niet uit zichzelf doen vandaar dat de moslim slechts Allah sht smeekt om het te verkrijgen op die zware dag.
87 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 087
وَلَئِن سَأَلۡتَهُم مَّنۡ خَلَقَهُمۡ لَيَقُولُنَّ ٱللَّهُۖ فَأَنَّىٰ يُؤۡفَكُونَ
En als jullie hen vragen wie hen geschapen heeft, zullen zij zeker: “Allah” zeggen. Hoe kan het dan dat zij zich afkeren.
88 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 088
وَقِيلِهِۦ يَٰرَبِّ إِنَّ هَـٰٓؤُلَآءِ قَوۡمٞ لَّا يُؤۡمِنُونَ
(Allah kent) de uitspraak : “O mijn Heer! Waarlijk, dit is een volk dat niet gelooft!”
89 - Az-Zukhruf (The Ornaments of Gold) - 089
